“Elke patiënt heeft een persoonlijke aanpak nodig”

crohn-patient-persoonlijke-aanpak-takeda-expert-iris

Een aanpak op maat, persoonlijke verhalen, de link tussen colitis ulcerosa en lobotomie … Het waren slechts enkele van de onderwerpen op de 30e editie van de Waalse IBD-dag in Bergen. Meer dan 100 patiënten en studenten kwamen op 16 oktober luisteren naar gepassioneerde lezingen van professoren en verpleegkundigen die gespecialiseerd zijn in de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa.

Na de inleiding van Daniel De Bast, de voorzitter van de Association CROHN-RCUH volgde een persoonlijke getuigenis van een patiënt die met veel emotie vertelde hoe hij en zijn vrouw zijn ziekte ervaren. De toon was gezet.

Persoonlijke aanpak is noodzakelijk

Gastro-enteroloog professor Olivier Dewit vertelde over de verschillende soorten IBD behandelingen. In zijn pleidooi voor een persoonlijke aanpak per patiënt keerde professor Dewit terug in de tijd. “Er is een periode geweest (nvdr. jaren 1950) waarin colitis ulcerosa behandeld werd met een lobotomie. De arts die voor dat idee de Nobelprijs voor Geneeskunde heeft gekregen, heeft die gelukkig moeten teruggeven.”

Hoewel hij pleit voor een aanpak op maat, kan hij toch twee vuistregels meegeven aan alle patiënten. “Uit onderzoek is gebleken dat stoppen met roken (bij de ziekte van Crohn) en consequent je medicatie innemen aanzienlijk kunnen helpen om je ziekte beter onder controle te houden.” Na een uitgebreide sessie over welke behandelingen er momenteel op de markt zijn, sloot professor Dewit af met een positieve noot. Zijn uiteindelijke doel voor zijn patiënten is een volledige remissie zonder afhankelijkheid van corticoïden.

Alternatieve behandelingen: sensibilisering is soms nodig

Naast de conventionele behandelingen was er ook aandacht voor de alternatieve behandelingen. Gastro-enteroloog Marc De Reuck sprak over dit controversieel onderwerp: “Alternatieve behandelingen zijn heel gericht op de patiënt. Zo kan bijvoorbeeld een massage of kruidenthee bepaalde bijwerkingen van medicatie verlichten. Het gaat echter altijd om complementaire behandelingen, dat is heel belangrijk om in het achterhoofd te houden. Je kan er een beroep op doen, maar enkel als aanvulling op je conventionele behandeling én enkel in duidelijk overleg met je arts.” 

Dr. Fontaine legde ook op een eenvoudige manier het placebo effect in klinische studies rond IBD uit.

Dit werd gevolgd door een infosessie van IBD-verpleegkundigen die hun rol toelichtten bij het begeleiden van patiënten. De verpleegsters werden gevolgd door Kathleen en Magaly van de Association CROHN-RCUH Jongeren die verslag uitbrachten over de EFCCA Youth Meeting in Ljubljana. Tijdens die bijeenkomst werd er onder meer een opleiding over sociale media gegeven terwijl er ook aan sport werd gedaan.

De dag werd afgesloten met een rondetafelgesprek en een korte vragenronde.