Ik klaag niet graag
Ik vind het moeilijk om lang en uitgebreid over mijn ziekte te praten. Ik klaag niet graag en wil absoluut niet dat mensen me als een zaag zien. Maar daardoor maak ik het mezelf soms moeilijk. Gelukkig kan ik met mijn man wél makkelijk praten. Ik weet niet wat ik zonder hem zou doen.
Steun en toeverlaat
We waren al samen toen ik mijn eerste zware opstoot kreeg. Hij reageerde erg goed op mijn diagnose. Mijn man is een echte steun en toeverlaat voor mij tijdens moeilijke momenten. Samen zouden we de zware periodes wel doorstaan. Soms heeft hij het emotioneel wel moeilijk om mij te zien lijden. Ik ben hem zo dankbaar dat hij er altijd voor me is.
Vooroordelen
Het is niet altijd even makkelijk. Iedereen heeft zo snel vooroordelen over mijn ziekte. Dat kwetst. Mensen hebben zo snel een mening, zonder te weten wat er eigenlijk echt gaande is. Ik ben mij daar enorm van bewust en probeer dat zelf zo weinig mogelijk te doen. Je kan onmogelijk oordelen over iets wat je niet kent, zonder de context te kennen zonder zelf te weten wat het is. En dat gaat niet alleen over mijn ziekte, maar over alle dingen in de wereld.