Geen gedroomde verloofde
De eerste jaren van onze relatie waren zeker niet altijd rozengeur en maneschijn. Ik leerde mijn toekomstige man kennen in mijn laatste jaar in het secundair, hij studeerde toen in Leuven. We waren jong, we gingen uit en deden alles wat jonge koppels doen, maar ik was in die periode ook heel veel ziek. Mijn diagnose kreeg ik trouwens pas een paar dagen na ons huwelijk.
Niet altijd aangenaam gezelschap
Het is best wel vreemd dat mijn man toch bij me is gebleven. Geef toe, evident was het niet als jonge man om een lief te hebben dat de helft van de tijd ziek was. En niet te weten van welke ziekte bovendien. Dat ik niet altijd het meest aangename gezelschap moet zijn geweest, is een understatement van formaat. Maar toch is hij bij me gebleven, de schat.
Hij zag me ook in die eerste jaren vermageren en verzwakken. Als hij bij ons thuis op bezoek kwam, gebeurde het af en toe dat ik moest worden ondersteund om televisie te komen kijken. Zo verzwakt was ik. Lang kon ik niet kijken want het gebabbel stoorde me te veel. En dan kroop ik opnieuw in bed. Dan zat hij daar alleen, samen met de rest van mijn familie. Hij heeft daar nooit over geklaagd.
Ik wil mijn hele leven bij u blijven
Na een paar jaar hadden we het wel eens over trouwen. Maar dat leek me zo veraf. Ik was altijd ziek, waarom dan trouwen? “Je weet toch dat ik ziek ben?”, probeerde ik hem te overtuigen. Maar hij twijfelde een pak minder dan ik. Zijn aanzoek herinner ik me nog goed. Hij was meegegaan op vakantie in Nederland, 10 dagen op een boot samen met mijn ouders. Toen hij vertrok, net voordat hij op de trein stapte, zei hij “Ik wil mijn hele leven bij u blijven”. Toen wist ik het ook. En zei ik ja.